Toen sprak Jezus tot de scharen en tot zijn
discipelen, zeggende: De schriftgeleerden en de Farizeeën hebben zich gezet op
de stoel van Mozes.
Alles dan, wat zij u ook zeggen, doet dat
en onderhoudt dat, maar doet niet naar hun werken, want zij zeggen het wel,
maar doen het niet.
Zij binden zware lasten bijeen en leggen
die op de schouders der mensen, maar zelf willen zij ze met hun vinger niet
verroeren.
Al hun werken doen zij om in het oog te
lopen bij de mensen, want zij maken hun gebedsriemen breed en hun kwasten
groot,
zij
houden van de eerste plaats bij de maaltijden en van de erezetels in de
synagogen,
en van de begroetingen op de markten en om
door de mensen rabbi genoemd te worden. Gij zult u niet rabbi laten noemen; want
één is uw Meester en gij zijt allen broeders.
En gij zult op aarde niemand uw vader
noemen, want één is uw Vader, Hij, die in de hemelen is.
Laat u ook geen leidslieden noemen, want
één is uw Leidsman, de Christus.
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++
En gij zult op aarde niemand uw vader noemen, want één is uw Vader, Hij, die in de hemelen is.
Dat gebod
van Jezus kwam mij goed uit en heb ik al sinds jaar en dag opgevolgd. Ik kreeg het ook niet meer
over mijn lippen, want als ik dat zei raakte ik in de war.
Dus noem ik
hem, als ik aan hem denk, bij zijn voornaam.
Maar
gelukkig was hij maar weinig in mijn gedachten. Tot zondag. Het bericht kwam
dat naaste ten val was gekomen met spoed geopereerd en als je 92 jaar bent heb
je niet veel meer in de melk te brokkelen.
Ik schoot
in de stress en meende voor mezelf tot een besluit te moeten komen.
`"Zou hij
het niet redden wil ik dan naar de begrafenis?"was mijn vraag.
Ik wist het
niet. De dominee kwam langs en hij ontrafelde waar ik mee worstelde.
Zou ik gaan, dan zou ik het voor het plaatje doen.
Het plaatje
waar ik jaren geleden afscheid van heb genomen.
Ik heb
mezelf ontslag gegeven om nog langer een gezin en een huwelijk te moeten
redden.
Het gekke
was, dat ik dacht, als ik met de waarheid voor de dag zou komen, de hele zaak
als een kaartenhuis in elkaar zou storten.
Maar niets
was minder waar.
De
gelederen sloten zich en ik werd als het zwarte schaap uitgestoten. Een zeer
pijnlijk gegeven, want ik wilde er zo graag bij horen. Maar dan wel in
waarheid.
Ik groeide
verder, nam mijn ruimte in en liet los.
Maar dan
komt zo’n bericht en het plaatje om de hoek kijken.
En de ouder
in mij vind gewoon, dat ik moet gaan. Tanden op elkaar en dan heb je het maar
gehad.
Als ik
luister naar het kind in mij, heeft ze bijna geen stem meer. Ze word opnieuw
gesmoord in het leugenachtige plaatje. Ik meen haar te horen huilen en me
verwijten dat ik haar in de steek laat.
Ze heeft
immers niemand anders dan ik, die voor haar opkomt en voor haar zorgt.
Ik geef
haar de ruimte en ze huilt veel. Ze huilt en dan hoor ik de Stille Stem.
Nog voordat je bestond. Kende IK je naam.”
Wow dat is
bijzonder. Nog voordat ik in de buik van mijn moeder werd geweven wist Hij dat
ik Lineke zou gaan heten. En nog veel dieper. Hij kende me.
IK zag je elk moment.
Elk moment
dat nog zou gaan plaats vinden had Hij al gezien. Het geeft me een gerust
gevoel. Ondanks de hartverscheurende rauwe gebeurtenissen overzag Hij het.
En telde elke traan.
Hij telde
iedere traan. De tranen die ik huilde en de tranen die ik nog ga huilen. Hij
heeft ze allemaal al geteld, nog voordat ik bestond.
Omdat IK van je houd, geef IK mijn eigen Zoon.
In de
keiharde werkelijkheid die bijna niet te leven is heeft God de Vader Zijn Zoon
gegeven.
Het lied
wat de Stille Stem fluisterde was gepersonaliseerd.
“Heer”
fluisterde ik terug “Soms heb ik niks aan vroom gewauwel. Dan is het leven
bijna niet meer te leven en keihard.”
Het was
alsof ik de Heer voelde glimlachen.
Het lijkt erop of Hij ook niet altijd iets
heeft met vroom gewauwel.
En wat de
begrafenis betreft mocht het zover zijn?
Ik weet het
niet. God weet het.
@Lineke
Brok in mijn keel.
BeantwoordenVerwijderenDikke knufff mooi en kostbaar mens 😘
Dankjewel lieve Danielle
Verwijderen